80 procent ziet af van zelfeuthanasie na gesprek met consulent

Voorpagina artikel van de Volkskrant, 22 februari 2017

Wie zijn leven voltooid vindt en met een consulent in gesprek gaat over zelfdoding, stelt zelfeuthanasie vaak uit of ziet ervan af. Dat is ook het geval als de middelen om de doodswens te vervullen al in huis zijn gehaald. Weten dat het kan en hoe het kan, werkt geruststellend.

Dit concluderen consulenten van stichting De Einder en van de Nederlandse Vereniging voor een Vrijwillig Levenseinde (NVVE). Zij hebben het afgelopen jaar zeshonderd mannen en vrouwen gesproken die hun leven zelf op een humane manier willen beëindigen. Niet meer dan een op de vijf voegt de daad bij het woord, stelt De Einder. Bij 80 procent volstaat een gesprek met een consulent ‘om gerustgesteld verder te kunnen leven’, stelt Miriam de Bontridder, jurist en bestuurslid van De Einder.

Deze bevindingen sluiten aan bij de uitkomst van wetenschappelijk onderzoek, zegt hoogleraar levenseinde-onderzoek Bregje Onwuteaka-Philipsen van het VUmc in Amsterdam. ‘Voor de meesten is zelfeuthanasie een back-upplan; zekerheid over de mogelijkheid is genoeg.’ Hetzelfde fenomeen doet zich voor bij ernstig zieken die met de huisarts de mogelijkheid van euthanasie bespreken. ‘Ongeveer een derde doet uiteindelijk een concreet euthanasieverzoek,’ stelt Onwuteaka.

Aftakelingsproces voor zijn

Een doodswens vanwege een ‘voltooid leven’ komt vooral voor bij ouderen met een opeenstapeling van ouderdomsklachten. Zij willen een langdurig aftakelingsproces voor zijn, voor zichzelf én voor hun naasten. Omdat veel artsen huiverig zijn deze groep euthanasie te verlenen, klopt zij aan bij De Einder en de NVVE voor informatie over een humane wijze van zelfdoding. Voor deze groep willen het kabinet en D66 een wettelijke regeling met heldere voorwaarden en richtlijnen. Daarin zal een belangrijke, begeleidende rol zijn weggelegd voor consulenten.
‘Wie een einde aan zijn leven wil maken, moet veel drempels overwinnen,’ stelt consulent Catharina Vasterling. ‘Gesprekken daarover leiden vaak tot een nieuwe afweging: wil ik echt dood?’ Ook degenen die wel een dodelijk middel in huis halen blijken hun keuze te heroverwegen of uit te stellen. ‘Alleen al over het middel kunnen beschikken werkt geruststellend; het kan als ik het echt wil.’ Om die reden is Vasterling niet voor een regisserende rol van de consulent bij zelfeuthanasie bij een voltooid leven, zoals in het concept wetsvoorstel van D66 staat beschreven. ‘Dan ontneem je iemand de momenten van uitstel of afstel.’

Gesprek geeft rust

De NVVE komt tot dezelfde conclusie als De Einder. Een meerderheid van de personen die zich tot de vereniging wendt, ziet na een of meerdere gesprekken af van zelfdoding. ‘Een deel komt maanden of jaren na een eerste gesprek weer terug. Veel personen die rondlopen met een doodswens kunnen er met heel weinig mensen over praten. Een gesprek met een consulent hierover geeft al rust,’ zegt Carolien van Eerde. Zij is coördinator van het Adviescentrum van de NVVE en heeft vijf jaar als zelfstandig levenseindeconsulent gewerkt.

Het gevoel controle te kunnen hebben over het moment van sterven, is bepalend, stelt Van Eerde. ‘Wat jurist Huib Drion in de jaren ’70 bepleitte, blijkt nu in de praktijk zo te werken: een middel op de plank hebben liggen is afdoende.’
Het afgelopen jaar wendden drieduizend mensen met een doodswens zich tot De Einder. Ruim 400 voerden daarover een of meerdere gesprekken met een consulent. De NVVE telde afgelopen jaar 215 cliënten die met een consulent spraken over zelfeuthanasie.